Weerbaarheid en veerkracht bij kinderen en jongeren: conceptanalyse en ontwikkeling van een meetinstrument

Weerbaarheid en veerkracht bij kinderen en jongeren: conceptanalyse en ontwikkeling van een meetinstrument

2023 | Uitgave van het Departement Cultuur, Jeugd en Media.
Gratis

Omschrijving

Dit rapport vormt de neerslag van een onderzoeksproject over ‘weerbaarheid’ of ‘veerkracht’ bij jongeren. Het zijn vaak gebruikte, maar ook complexe begrippen (Baggio, Brown, & Hellebrandt, 2015; Kaplan, 1999; Luthar, Cicchetti, & Becker, 2000; Ungar, 2018). ‘Veerkracht… dat is alles’ zei een van de jongeren met wie we in dit onderzoeksproject in gesprek gingen. Zonder het te weten vatte die jongeman de complexiteit van de discussie in één zin.
Hoewel    er    een    aantal    subtiele    verschillen    zijn,    worden    weerbaarheid    en    veerkracht    In    de Nederlandse  taal  vaak  inwisselbaar  gebruikt,  als  vertaling  voor  de  term  ‘resilience’.
Dat gegeven alleen al illustreert de moeilijke discussie over wat veerkracht of weerbaarheid is, hoe die begrippen zich tot elkaar verhouden, hoe we ze kunnen definiëren én operationaliseren. Het zijn precies deze vragen die de kern vormden van dit onderzoeksproject. In het project gingen we op zoek naar conceptuele verheldering en deconstrueerden het begrippenkader. Dat leidde tot de opmaak van een operationeel-conceptueel kader of model voor veerkracht, dat gevoed werd door de meest recente inzichten uit de literatuur, maar evengoed door gesprekken met jongeren. Aansluitend maakten we de oefening hoe we dit complexe kader kunnen operationaliseren en dus meetbaar maken. We ontwikkelden ten slotte een instrument en testten het prototype van dat instrument (zij het in beperkte mate) uit bij jongeren. De doelstellingen en onderzoeksmethode worden uitgebreid toegelicht in een addendum bij dit rapport.
In voorliggend rapport bespreken we de onderzoeksresultaten van elk van de projectonderdelen. In hoofdstuk 1 worden eerst de resultaten besproken van een literatuurreview (‘rapid review’) over de definitie van veerkracht en de belangrijkste determinanten. Vervolgens gaan we uitgebreid in op de bevindingen van focusgroepgesprekken over veerkracht die we met jongeren voerden. De inzichten uit deze twee onderzoeksluiken werden samengebracht in een conceptueel-operationeel kader over veerkracht. Dat kader vormt de basis voor het tweede luik van dit onderzoek, wat beschreven wordt in hoofdstuk 2. We brachten, opnieuw op basis van een literatuurverkenning, bestaande meetinstrumenten in kaart om veerkracht (en gerelateerde concepten opgenomen in het model) te meten bij kinderen en jongeren en evalueerden deze instrumenten op basis van een aantal criteria. Dat leidde uiteindelijk tot de ontwikkeling van een eigen instrument, dat we in beperkte mate ook al zelf uittesten bij jongeren. We sluiten dit rapport af met een aantal conclusies en aanbevelingen (hoofdstuk3).
Het onderzoek werd uitgevoerd en aangestuurd door een consortium bestaande uit het Vlaams Instituut Gezond Leven, team Mentaal Welbevinden, VUB -BRUCC en AWEL. Een stuurgroep bewaakte de voortgang van het project. Meer informatie over het consortium en de stuurgroep is terug te vinden in bijlage 1.