Herstelacademies zijn relatief nieuw in Nederland en België, waar ze peer supported leeromgevingen bieden voor mensen met psychische kwetsbaarheden. In 2021 startten Tranzo (Tilburg University) en het Trimbos-instituut een promotieonderzoek naar de betekenis en effectiviteit van herstelacademies. Op 22 september 2023 bezocht het Nederlandse onderzoeksteam HerstelAcademie Diletti in Leuven, en op 19 maart 2024 volgde een tegenbezoek bij Enik Recovery College in Utrecht. In deze bijdrage beschrijven de auteurs (medewerkers en onderzoekers) deze werkbezoeken en belichten opvallende verschillen tussen de herstelacademies. Wat kunnen we van elkaar leren?
Achtergrond: een stukje geschiedenis
Hoewel herstelacademies zowel in Nederland als in België nog maar zo’n tien jaar bestaan, bestaat er een traditie van initiatieven en projecten waarin peer support en werken vanuit eigen ervaring centraal staat. In Nederland ontstond er vanuit de sociale bewegingen in de jaren ‘60 en ‘70 een sterke cliëntenemancipatiebeweging. Cliënten vroegen onder de slogan ‘baas in eigen brein’ aandacht voor de ervaringen van cliënten en protesteerden tegen de paternalistische en afhankelijk makende karakter van de toenmalige psychiatrie en het toepassen van dwang (Canon clientenbeweging ggz, z.d.; Hunsche 2008; Van Haaster & Vesseur, 2002). Deze opkomende cliëntenbeweging gaf niet alleen hun visie op de bestaande psychiatrie, er ontstonden ook steeds meer onafhankelijke projecten zoals wegloophuizen en opvangvoorzieningen in zelfbeheer waarin gebruikers zelf zeggenschap hebben over de voorziening en daar sturing aan geven. In België vindt in diezelfde tijd een vergelijkbare ontwikkeling plaats, zoals de oprichting van leefgemeenschap la Devinière (Muusse, 2018).
Ontwikkelingen en beleid vanaf de jaren 1980 in Nederland en Vlaanderen
In de jaren ‘80 en ‘90 kreeg de cliëntenbeweging een weerslag in beleid: in België vindt er een geleidelijke verschuiving plaats in het zorgbeleid, waarbij de nadruk kwam te liggen op vermaatschappelijking van zorg. In Nederland wordt ook ingezet op vermaatschappelijking en rehabilitatie en worden de zogeheten cliëntgestuurde initiatieven gefi nancierd. Deze projecten zijn gericht op participatie en ontwikkeling en worden georganiseerd vanuit peer support.
De opkomst van de herstelbeweging in de jaren ‘90 was een volgend ijkpunt in deze emancipatoire beweging. Herstel gaat hierbij niet over de genezing van een psychische aandoening maar over het persoonlijke proces waarin men de draad weer oppakt en het leven opnieuw inhoud en richting geeft (Boevink et al., 2006). Sindsdien wordt er binnen de reguliere hulpverlening steeds meer gewerkt volgens de uitgangspunten van herstelondersteunende zorg en wordt er ruimte gemaakt voor de inzet van ervaringsdeskundigheid. In België is hierbij artikel 107 van de ziekenhuiswet van belang. Deze wet maakt het mogelijk dat de psychiatrische ziekenhuizen een deel van hun budget fl exibel kunnen inzetten binnen verschillende functies zoals rehabilitatie, preventie en intensieve residentiële behandelunits. Via deze hervorming willen de overheden vijf grote principes introduceren in de geestelijke gezondheid, waarvan het versterken van de rol van de patiënt als beheerder van zijn eigen geestelijke gezondheid er één is. De bestaande herstelacademies in Nederland en België hebben hun wortels in deze geschiedenis, waarin is gewerkt aan ruimte voor de principes van peer support, betekenisgeving aan eigen ervaringen en het inzetten op sterke punten en veerkracht. Deze lopen als een rode draad door de herstelacademies die wij bezochten. In tabel 1 zijn de beide organisaties wat betreft enkele kenmerken naast elkaar gezet.