De mate van samenwerking tussen hulpverlener en cliënt is een belangrijke voorspeller van een positief resultaat van de hulp. Het zijn niet alleen de (therapeutische) interventies die het verschil maken, want inzet van dezelfde interventies door verschillende hulpverleners leidt vaak tot verschillende resultaten. Wanneer een cliënt door de hulpverlener onbegrepen gedrag laat zien, is de cliënt niet per definitie ‘moeilijk’. Het ligt ook niet per definitie aan de cliënt of hulpverlening slaagt. Het is een samenspel tussen hulpverlener en cliënt – oftewel de samenwerking. We onderzochten of en hoe de samenwerking positief beïnvloed wordt door implementatie van Methodisch Samen Werken (MSW).
Een gespannen samenwerking
Samenwerken op een gelijkwaardige manier is nog niet zo makkelijk. Hulpverleners weten wel wat er nodig is in een samenwerking, namelijk contact maken, aansluiten, meebewegen, niet oordelen et cetera. Maar ze weten niet altijd hoe ze dat moeten doen, bijvoorbeeld in situaties waarin de hulpverlener de cliënt niet goed begrijpt. Cliënten weten ook niet altijd hoe ze aansluiting kunnen vinden bij de hulpverlener. Dit terwijl organisaties verwachten van medewerkers dat zij succesvol en doelgericht werken met een door de organisatie geïmplementeerde methodiek van behandelen of begeleiden. De aanpak is dan al bepaald, terwijl er soms – of zelfs vaak – onvoldoende ruimte is voor de basale onderdelen van samenwerking. Hulpverlener en cliënt spreken bijvoorbeeld onvoldoende af hoe ze gesprekken met elkaar willen voeren, hoelang ze dat zo blijven doen en met welk doel. Een hulpverlener weet niet altijd wie er verder betrokken zijn en hoe de samenwerking met die betrokkenen eruit kan zien.